In het voorjaar, als het weer lekker is en er voldoende katjes en krokussen bloeien, gaat de moeder van alle bijen, de koningin of de moer eitjes leggen. De werksterbijen zorgen ervoor dat de temperatuur in het volk omhoog gaat naar bijna 35 graden. Want dat is de temperatuur waarin eitjes en larven en poppen kunnen leven.
In een bijenvolk hangen raten. Een raat bestaat uit een heleboel cellen die allemaal aan elkaar vast gebouwd zitten.
De moer legt dan eitjes in de cellen. In elke cel legt ze één ei op de bodem van die cel.
Zo'n ei ziet er uit als een klein en wit augurkje.
Na drie dagen is het ei veranderd in een larve, een larve lijkt een beetje op een heel klein stil liggend rupsje.
Om die larve goed te laten groeien, zorgen de werksters voor zoveel eten in de cel dat de larve er gewoon in ligt. Dat eten heeft een speciale naam: voedersap.

Als de larve 6 dagen geworden is, wordt de cel waarin zij ligt dichtgemaakt en wordt de larve een pop.
En als na een aantal dagen het popstadium voorbij is, wordt de bij geboren.
De geboorte gaat zo: De bij knaagt de afgesloten cel open en kruipt naar buiten.
En dan,... dan begint het bijenleven voor haar.
Zo ontstaan alle bijen. De werksters, de moer en de darren.
Alleen krijgen de larven van de werksters en darren ander eten dan de larven die later moer zullen worden.
De eerste twee dagen krijgen alle larven koninginnengelei.
Daarna krijgen de larven die werkster zullen worden een gewoon mengsel van nectar en stuifmeel.
Alleen de larven die later een moer worden, krijgen alle 6 dagen dat ze larf zijn, koninginnen gelei.
Verder is er een verschil in de duur van het popstadium.
Een pop die moer zal worden is maar 7 dagen pop.
Een pop die werkster wordt, doet er 12 dagen over en een pop die dar zal worden doet dat in 15 dagen.
Tenslotte zit er ook een verschil in de cellen. Een moercel is groter en hangt naar beneden. Een werkstercel zit gewoon in een van de duizenden cellen van een raat.
In de afbeelding hieronder zie je drie moercellen.
De cellen die een beetje kreukelig dicht zijn, zijn werkstercellen met werksterpoppen.
De open cellen in de linker foto onderaan zijn gevuld met stuifmeel, met eten dus.

De cellen waarin de darren van ei tot bij opgroeien zijn iets groter dan de werkstercellen en zitten meestal aan de rand van de raat.
Hier is een link naar een filmpje waarin de geboorte van een moer te zien is. De dop waarin zij zit is van de raat gesneden en een Franse imker heeft die dop in zijn hand. Als je goed kijkt zie je haar tong uit de cel komen waarnee ze een dekseltje maakt dat ze opent om geboren te kunnen worden. Het filmpje duurt nog geen drie en een halve minuut. Zie de link. of rechtstreeks https://www.youtube.com/watch?v=oSo7fo1rpxk
Wanneer een jonge moer is geboren, dan is er meestal geen oude moer meer in het volk, gaat ze over de raten lopen en maakt een bepaald geluid om aan het volk te laten weten dat ze is geboren en er dus is.
Dat geluid is tevens een waarschuwing aan de nog ongeboren moeren die nog in de cel zitten.
Als die zo ver zijn dat ze ook geboren kunnen worden, laten ze ook een geluid horen als antwoord. Eigenlijk is dat hetzelfde geluid, maar omdat ze nog in de cel of dop zitten, klinkt dat anders. Het klinkt bijna hetzelfde als een eend die kwaakt.
Imkers noemen deze geluiden Tuters (het hoge geluid van de moer die over de raten loopt) en Kwakers, het geluid dat de nog ongeboren moeren maken als antwoord.
Van een Franse imker kreeg ik het volgende Youtube linkje waarop de geluiden heel goed te horen zijn.
t Geluids fragment begint met dat van een kwaker.
https://www.youtube.com/watch?v=a0lBAnFXyqI&t=1s