Spring naar inhoud

Koningin of Moer

De koningin - of zoals imkers haar noemen: MOER - , van een bijenvolk is de moeder van al die bijen die in dat volk leven.
Er is dan ook maar één moer in een bijenvolk.
Oneerbiedig gezegd, is ze een levende "eier-legmachine", want als het goed weer is, weer waarin bijen veel voedsel kunnen halen, kan de moer wel 1000 tot 1500 eitjes per etmaal leggen (wel 9 x haar eigen lichaamsgewicht!).
Dat is ook wel nodig als je bedenkt dat er in juni in een goed bijenvolk zo'n 50 à 60.000 bijen leven, maar die leven ieder zo'n 6 weken. Dus elke 6 weken zijn er weer nieuwe bijen, dankzij die ei leggende moer.

Moer met hofhouding

De moer heeft alsmaar werksterbijen om zich heen. Dat is een heel stel bijen die haar alsmaar voeren, zodat de moer eitjes kan blijven leggen. Die groep bijen 'de hofhouding' genoemd.

Afbeeldingen met moeren. Je ziet duidelijk verschil in grootte tussen de moer en de werksters

Die hofhouding bijen verzorgen de moer en voeren haar koninginnengelei, zodat zij continue eitjes kan leggen in de schoon gepoetste cellen.

Een moer kan wel 5 jaar worden. Alleen zal de imker haar al wel eerder vervangen, omdat je bij een oudere moer nooit goed weet of zij nog in staat zal zijn om in het hoogseizoen voldoende eitjes te leggen.

Als een moer geboren is, duurt het een paar dagen voor zij geslachtsrijp is.
Zo'n 5 dagen na haar geboorte gaat ze bij mooi weer één of meerdere bruidsvluchten maken.
Ze vliegt dan naar buiten en oriënteert zich op de plek waar haar volk staat en vliegt dan weg naar een plaats waar veel darren (mannetjes bijen) vliegen.
Ze komt laag aanvliegen en gaat op die plek waar mannetjes zich hebben verzameld als een speer omhoog.
De mannetjes willen allemaal wel met haar paren en gaan achter haar aan.
De snelste en sterkste mannetjes lukt het om haar in te halen en om met haar te paren.
Zodra het zaad van de dar in de moer zit, valt die dar dood neer, zijn taak is volbracht.
Op deze manier zullen er tijdens de bruidvluchten tussen de 10 en soms wel 18 darren de moer bevruchten.

Het wonderlijke is, dat de moer al die zaadcellen gedurende de rest van haar leven bewaart in haar achterlijf, in zaadblazen.
Als ze eenmaal begonnen is met het leggen van eitjes kan ze ervoor kiezen, om als ze een ei legt, er een darren-zaadcel aan toe te voegen. Zo'n eitje is een bevrucht ei. Uit zo'n bevrucht ei komt een nieuwe werkbij of een nieuwe moer. Of het een werkster wordt óf een nieuwe moer hangt af van het eten ze krijgen.
Als ze ervoor kiest om een onbevrucht ei te leggen, komt daar een dar uit, een mannetjes bij.